Riskant stilzitten: onmogelijkheid realisatie oude bestemming door erfverpachter

[appellant] c.s. betogen echter terecht dat de rechtbank hen ten onrechte heeft tegengeworpen dat zij geen concrete pogingen hebben ondernomen om de voorheen onder het bestemmingsplan “Buitengebied” bestaande bouw- en gebruiksmogelijkheden te benutten. In dat verband neemt de Afdeling in aanmerking dat [appellant] c.s. op 30 mei 1995, ieder voor een derde deel, door erfopvolging eigenaren zijn geworden van het perceel. Op het moment dat [appellant] c.s. dit perceel in eigendom verkregen, was niet te voorzien dat de hiervoor omschreven planologische ontwikkeling zich zou voordoen. Nu het perceel voorts, tot de opzegging van de overeenkomst door de erfpachter op 31 mei 2009, belast is geweest met een recht van erfpacht en opstal, brengt dit met zich dat [appellant] c.s. in ieder geval tot inwerkingtreding van het bestemmingsplan “Groenzone Berkel-Pijnacker” niet vrijelijk over het perceel hebben kunnen beschikken.

Evenmin waren [appellant] c.s. feitelijk in staat om de erfpachter te verplichten om van de onder het bestemmingsplan “Buitengebied” bestaande bouw- en gebruiksmogelijkheden gebruik te maken om aldus te voorkomen dat er planschade zou ontstaan. Dit behoort, anders dan de rechtbank heeft overwogen, niet te worden aangemerkt als behorend tot de risicosfeer van [appellant] c.s.

Gelet op het voorgaande en artikel 6.3, aanhef en onder b, van de Wro in aanmerking genomen, heeft het college in het besluit van 12 juli 2012 ten onrechte het standpunt gehandhaafd dat [appellant] c.s. het risico dat de bouw- en gebruiksmogelijkheden onder het bestemmingsplan “Buitengebied” zouden komen te vervallen, passief hebben aanvaard.

ABRS 13-08/14 inzake Pijnacker-Nootdorp (RVS:2014:3005).

Noot: wellicht wel Normaal Maatschappelijk Risico.