Onteigening Hedwigepolder uitgesproken, geen zelfrealisatie

De dijken rond de Hertogin Hedwigepolder laten zich niet zonder slag op stoot doorsteken. 8 juni jl. heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant vonnis gewezen inzake de onteigening van de gronden in de Hedwigepolder.  Onteigende doet beroep op zelfrealisatie waarbij de staat de kosten van de uit te voeren werken betaalt. Bijzondere situatie dat het een niet lucratief project betreft.

Beroep op zelfrealisatie wordt verworpen omdat de staat belang heeft bij beheer van het totale ontpolderingsproject zonder afhankelijk te zijn van de medewerking van de eigenaar. “De Cloedt wil het project zelf realiseren, maar op kosten van de Staat. In die zin voldoet hij niet aan voornoemd vereiste voor zelfrealisatie. Denkbaar is dat van dat vereiste kan worden afgeweken, indien, zoals in onderhavig geval, het te realiseren project niet lucratief is. De rechtbank is echter van oordeel dat in dit geval niet van de Staat kan worden verlangd dat hij de kosten draagt van de ontpoldering, terwijl De Cloedt eigenaar blijft van de percelen. Als De Cloedt eigenaar blijft, heeft de Staat slechts beperkt zeggenschap over de (wijze van) uitvoering van het ontpolderingsproject en het beheer van het gebied op langere termijn.”

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 08-06/16 inzake Hedwigepolder (ECLI:NL:RBZWB:2016:3332) + Binnenlands Bestuur 08-06/16

Noot: waarschijnlijk volgt beroep in cassatie; onder de huidige wetgeving kan dat nog.