Grondeigenaar betoogt dat voor de inbrengwaarde ten onrechte geen rekening is gehouden met voorstroken.
ABRS: Dit betoog raakt de specifieke deskundigheid van taxateurs. [appellant] heeft het rapport op die onderdelen echter niet gemotiveerd bestreden met een deskundig tegenadvies waaruit blijkt dat als gevolg daarvan de in het rapport vervatte taxaties onjuist zijn. Het voorgaande betekent dat de raad zich op het standpunt heeft mogen stellen dat de in het taxatierapport opgenomen grondprijzen representatief zijn voor de raming van de inbrengwaarden van de gronden in het exploitatiegebied.
ABRS 28-01/15 inzake Teylingen (ECLI:NL:RVS:2015:187).
Noot: vergelijkbare overweging ABRS 02-05/12 inzake Bodegraven-Reeuwijk (LJN: BW4570). Zie ook ABRS 25-05/11 inzake bedrijventerrein Enter-Rijssen (LJN: BQ5950).
Voor onteigeningsrechtspraak zie onder meer: Hof ’s Hertogenbosch 31-08/10 inzake gemeente Venray (LJN: BN5780); aldaar wel strokenwaarde.