Verlies zichtlocatie: in casu geen planschade

Gelet op de aard van de relevante bedrijfsactiviteiten, is op voorhand niet aannemelijk dat het bedrijf voor klanten in hoofdzaak van passanten afhankelijk is. Uit de overgelegde jaarrekeningen is gebleken dat de verminderde zichtlocatie van het bedrijfspand er feitelijk niet toe heeft geleid dat de handelsactiviteiten kwantitatief zijn afgenomen, dat VLN na de aanleg van de Rijksweg A59 geen extra reclamekosten heeft gemaakt om de omzet op peil te houden en dat niet is gebleken dat de planologische verandering een negatieve invloed op de bedrijfsexploitatie heeft gehad.

ABRS 08-10/14 inzake Maasdonk (RVS:2014:3622).