Ingevolge het oude bestemmingsplan mocht het aantal woningen binnen de bestemming “woondoeleinden” niet worden vergroot. De rechtbank heeft hieruit terecht afgeleid dat het oude bestemmingsplan geen zelfstandige bouwmogelijkheden voor extra woningen op de percelen bood, omdat die pas ontstonden na onttrekking dan wel sloop van woningen van derden binnen de bestemming “woondoeleinden”.
Indien een derde zou zijn overgegaan tot onttrekking dan wel sloop van een woning zonder herbouw, zou het voorts geenszins zeker zijn geweest dat [appellanten] de daardoor ontstane bouwmogelijkheid zouden mogen benutten, daargelaten dat het evenmin zeker was dat voor de bouw van woningen op de percelen ontheffing zou zijn verkregen van het daarop rustende bouwverbod wegens de ligging van de percelen binnen de geluidzone van het spoor. De rechtbank heeft dan ook terecht geoordeeld dat, nu het oude bestemmingsplan geen zelfstandige bouwmogelijkheden voor extra woningen op de percelen bood, het college zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat het vervallen van die bouwmogelijkheden in het nieuwe bestemmingsplan niet tot een planologisch nadeliger situatie leidt.
ABRS 26-02/14 inzake Wijchen (RVS:2014:631).
Noot: zie ABRS 24-12/03 inzake Bergen (LJN: AO0809), omdat ook in die zaak de realisatie van een bouwmogelijkheid afhankelijk was van derden