Verhouding art. 6.1 Wro en art. 7.14 Waterwet

Voorrangsregeling artikel 7.16 van de Waterwet: wanneer zowel een aanwijzing in het planologische spoor als een aanwijzing in het waterspoor – door opname op de legger – heeft plaatsgevonden.

Er kunnen zich situaties voordoen dat een aanwijzing in het ruimtelijke spoor heeft plaatsgevonden, maar een aanwijzing in het waterspoor (nog) achterwege is gebleven. In dat geval is er mogelijk al schade opgetreden. Bij het ontbreken van een aanwijzing van de waterberging op de legger is echter (nog) geen sprake van een situatie waarin een belanghebbende met betrekking tot die schade een beroep kan doen op een schadevergoeding als bedoeld in artikel 7.14, eerste lid. In een dergelijk geval biedt afdeling 6.1 van de Wro de grondslag voor een verzoek om een tegemoetkoming in de schade.

Rechtbank Oost-Brabant 22-12/15 inzake Valkenswaard (ECLI:NL:RBOBR:2015:7376).

Noot: lezenswaardige overwegingen van de rechtbank over samenloop (tegemoetkoming) planschade en schadevergoedingsregeling art. 7:14 Wtw; zie ook TBR 2010 blad 863 over Voorrangsregeling art. 7:16 Wtw.