* Dat het op grond van de oude bestemming van het plangebied mogelijk was bouwwerken, geen gebouwen zijnde, op te richten en dat uit de uitspraak van de Afdeling van 5 februari 1996 in zaak nr. G09.92.0061 (BR 1997, p. 586) valt af te leiden dat het uitzicht op dergelijke bouwwerken, zoals teeltondersteunende voorzieningen of sleufsilo’s, van een andere orde is dan dat op een boomkwekerij.
* In het oude bestemmingsplan, dat op grond van de Wet Ruimtelijke Ordening (hierna: de WRO) tot stand is gekomen, was geen algemeen gebruiksverbod opgenomen. Omdat artikel 7.10, eerste lid, van de Wro, zoals die bepaling ten tijde van de peildatum luidde, niet van toepassing was op een op grond van de WRO tot stand gekomen bestemmingsplan, was de aanleg van een weg en het gebruik ervan voor andere doeleinden dan landbouwverkeer derhalve niet verboden.
ABRS 30-07/14 inzake de Wolden (RVS:2014:2851).