ABRS 21-03/18 inzake Peel en Maas (ECLI:NL:RVS:2018:972):
Vast staat dat op de peildatum een vergunning op grond van de Wbr was vereist voor het realiseren van bebouwing op de percelen van [appellante]. Door de bekendmaking van de Beleidslijn gold vanaf 19 april 1996 een aanmerkelijk aangescherpt toetsingskader voor het verlenen van een Wbr-vergunning. Het toetsingskader van de Beleidslijn is derhalve, anders dan [appellante] betoogt, van belang voor het antwoord op de vraag of voorheen bestaande bouwmogelijkheden op de percelen op de peildatum 23 mei 2002 nog konden worden gerealiseerd. De rechtbank heeft met juistheid overwogen dat de raad zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat het toetsingskader van de Beleidslijn dermate streng was dat op de peildatum de bouwmogelijkheden op de percelen van [appellante] onder het oude planologische regime met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid niet konden worden gerealiseerd, behoudens de beperkte uitbreiding van maximaal 10% van het bestaande ruimtebeslag die onder de overgangsregeling van de Beleidslijn was toegestaan. Nu het nieuwe bestemmingsplan vergelijkbare bouwmogelijkheden op de percelen toestaat, lijdt [appellante] ten gevolge van dat bestemmingsplan geen schade. Reeds hierom hoefde de schadecommissie, anders dan [appellante] betoogt, niet per perceel een planvergelijking te maken. Vergelijk de uitspraak van de Afdeling van 13 december 2006 (ECLI:NL:RVS:2006:AZ4304).