Verweer van de Gemeente is dat de rechtbankdeskundigen in hun berekening van de opbrengsten uit het onderhavige project zijn uitgegaan van ‘gewassen grind’ terwijl zij aan de kostenkant zijn uitgegaan van ‘vuil grind’, hetgeen inconsistent is en grote financiële consequenties heeft.
Hof: Uit het advies blijkt dat de deskundigen de waarde van het perceel hebben vastgesteld aan de hand van vier observaties. De vierde observatie betreft de ‘gemengde benadering’ op basis van een residuele berekening. De andere observaties betreffen de toepassing van de comparatieve methode, waarbij eerdere grondtransacties in aanmerking zijn genomen. Aldus een werkelijke waarde per peildatum in onverpachte staat van EUR 11,50 per m2.
Hof: Uit het arrest van de Hoge Raad volgt in de eerste plaats dat in de residuele berekening niet bij de opbrengsten kan worden uitgegaan van gewassen grind als bij de kosten wordt uitgegaan van vuil grind. Verder volgt uit dit arrest dat het hof moet vaststellen of de deskundigen in hun advies inderdaad bij de berekening van de kosten zijn uitgegaan van gewassen grind en bij de berekening van de kosten van vuil grind, en indien dit het geval is, of en in hoeverre dit gevolgen heeft voor de waarde van het onteigende.
Welke gevolgen een aanpassing van het resultaat van de residuele berekening heeft voor de verzoening, hangt af van het gewicht dat toekomt aan de vierde observatie in het licht van de overige observaties. Daarover zullen deskundigen advies moeten uitbrengen.
De Gemeente is ervoor beducht dat de deskundigen bewust of onbewust de neiging zullen hebben om zoveel mogelijk vast te houden aan hun eerdere advies, maar die “vrees” deelt het Hof niet en gaat over tot het benoemen van dezelfde (rechtbank) deskundigen.
Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 24-05/22 gemeente Bergen – Maaspark Well (ECLI:NL:GHSHE:2022:1653 en ECLI:NL:GHSHE:2022:1654)
Verwijzing na cassatie (HR 02-10/20, ECLI:NL:HR:2020:1543).
Noot: Vereniging voor Onteigeningsrecht heeft op 19-05/22 een excursie georganiseerd naar Maaspark Well.
Eerder publiceerden wij op onze website de conclusies van de A-G: Conclusie A-G 27-03/20 (ECLI:NL:PHR:2020:286 en ECLI:NL:PHR:2020:285)