In het Streekplan is vermeld dat na 1992 in principe een verdere uitbreiding in noordelijke richting niet uitgesloten is rekening houdend met een mogelijk doorgaande subregionale opvangfunctie van Limmen. Dit voornemen is weergegeven op de kaart door de toekenning van de aanduiding ‘reservering’ aan de gronden die liggen ten noorden van de kern van Limmen, waaronder het specifieke gebied ten noorden van de Burgemeester Nieuwenhuijsenstraat en ten oosten van de Westerweg. Naar het oordeel van de Afdeling diende een redelijk denkend en handelend koper er op basis van het voorgaande rekening mee te houden dat de planologische situatie op de gronden ten noorden van de percelen aan de Burgemeester Nieuwenhuijsenstraat in ongunstige zin zou kunnen wijzigen in de zin dat woningbouw op die gronden mogelijk zou worden gemaakt. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat, zoals volgt uit de overzichtsuitspraak, de meest ongunstige uitwerking van het beleidsvoornemen beslissend is voor het antwoord op de vraag of en zo ja, in hoeverre de betrokkene het risico van de schade heeft aanvaard.
ABRS 21-09/22 inzake Castricum (ECLI:NL:RVS:2022:2740)