In het advies is vermeld dat van het grootste deel van het aan de orde zijde gebied de oude plannen konden worden achterhaald. Alleen van een deel van de gronden die thans in het plangebied “Sijtwende” vallen, is dat niet gelukt. Voor dit deel golden deels het “Uitbreidingsplan 1917” en deels het “Uitbreidingsplan 1934”. Er bestaat geen grond voor het oordeel dat, gelet op de van oudsher aanwezige infrastructuur ter plaatse, er niet van mocht worden uitgegaan dat die gronden een passende verkeersbestemming hadden. De Afdeling acht in dit verband nog van belang dat deze uitbreidingsplannen niet relevant zijn bij de planvergelijking met de met het bestemmingsplan “Sijtwende” toegestane woningbouw die volgens [appellant] tot waardevermindering van de woning hebben geleid.
ABRS 22-10/14 inzake Leidschendam-Voorburg (RVS:2014:3791).