Passieve risicoaanvaarding: termijn voor benutten bouwmogelijkheden

Het op 9 november 2009 ter inzage gelegde voorontwerp van het nieuwe bestemmingsplan blijk geeft van een concreet beleidsvoornemen op basis waarvan het voor [appellanten] duidelijk kon zijn dat de bouwmogelijkheden op het perceel in een voor hen nadeliger zin zouden wijzigen. Vanaf die datum gedurende een periode van ongeveer zestien maanden, tot de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan op 17 maart 2011, hadden zij de tijd om die bouwmogelijkheden te benutten. Gelet op de uitspraak van de Afdeling van 20 juli 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2018 is er geen grond voor het oordeel dat zij niet voldoende de tijd hebben gehad om de bestaande bouwmogelijkheden te benutten.

ABRS 01-11/17 inzake Apeldoorn (ECLI:NL:RVS:2017:2927).

Noot: een periode van ongeveer zestien maanden, tot de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan op 17 maart 2011, de tijd om die bouwmogelijkheden te benutten. Vaststaat dat zij van die mogelijkheden geen gebruik hebben gemaakt. Door dat niet te doen, hebben [appellante sub 1] en andere het risico van de nadelige planologische wijziging aanvaard en behoort de eventuele schade die zij daardoor hebben geleden voor hun rekening te blijven. ABRS 20-07/16 inzake Apeldoorn (ECLI:NL:RVS:2016:2018).

Noot 2: Passieve risico aanvaarding / riskant stilzitten: termijn 28 weken was voldoende om te pogen oude bestemming nog te realiseren.

Gezien het tijdsverloop tussen de terinzagelegging van het voorontwerp op 30 mei 2012 en de terinzagelegging van het ontwerp op 12 december 2012, heeft gelaedeerde 28 weken de tijd gehad om een bouwplan voor het verbouwen of uitbouwen van de woning en het oprichten van bijgebouwen op de achter de woning gelegen gronden in te dienen. De Afdeling is van oordeel dat met een termijn van 28 weken [appellant] voldoende tijd had om een bouwplan voor te bereiden en in te dienen. ABRS 2505/16 inzake Almelo (ECLI:NL:RVS:2016:1395)

Anders: ABRS 05-03/14, inzake Teylingen (ECLI:NL:RVS:2014:737); voorts heeft de rechtbank de StAB ook kunnen volgen in haar conclusie – samengevat – dat gegeven de situatie op het perceel verscheidene ontwerpen zullen moeten worden bezien. Gelet op het voorgaande heeft de rechtbank de StAB kunnen volgen in de conclusie dat in dit specifieke geval een termijn van vijf maanden niet voldoende is om een ontvankelijke aanvraag voor een reëel bouwplan voor het perceel in te dienen.”. Het gaat om de complexiteit van de aanvraag. In de zaak ABRS 02-10/13 inzake Zwolle (ECLI:NL:RVS:2013:1323) was 8,5 maand voldoende om aanvraag in te dienen.