Grondeigenaar/verkoper wil onder de verkoop aan projectontwikkelaar uit, maar rechtbank geeft hem geen gelijk: geen opschortende voorwaarde, geen onvoorziene omstandigheden, geen dwaling.
De conclusie van het voorgaande is dat tussen partijen een bindende koopovereenkomst tot stand is gekomen. Rotij c.s. vordert dat [eiser] wordt veroordeeld om binnen veertien dagen na de vonnisdatum de schriftelijke koopovereenkomst met inhoud conform de conceptkoopovereenkomst van 22 april 2022 te ondertekenen en dat hij de locatie tijdig moet leveren aan Rotij c.s. [eiser] heeft tegen de inhoud van de koopovereenkomst zoals hiervoor vermeld geen specifiek verweer gevoerd, zodat genoemde vordering toewijsbaar is, waarbij evenwel niets zich er tegen verzet de wijzigingen waarover partijen het na 22 april 2022 eens waren geworden in genoemd concept aan te brengen.
Rechtbank Amsterdam, 03-09/25 inzake Rotij/BPD (ECLI:NL:RBAMS:2025:6504)