Vonnis rechtbank Limburg 05-06/24 (nog niet gepubliceerd).
Rechtbank wijkt op twee belangrijke onderdelen af van advies rechtbankdeskundigen:
- werkelijke waarde strook grond met agrarische bestemming, maar met aangelegde parkeerplaatsen met tijdelijke vergunning. Deskundigen adviseerden een afgewaardeerde waarde van regulier parkeerterrein, met als overweging dat (kort gezegd) de onteigening weggedacht er naar verwachting een positieve bestemming parkeerterrein zou komen. De rechtbank overweegt dat een eerdere aanvraag voor de bouw van een parkeergarage elders op het terrein maakt dat er geen bestemmingswijziging te verwachten was.
- deskundigen adviseerden de investering in het aan de onteigening te relateren deel van de parkeergarage via financieringsschade te vergoeden. Daarvoor was een bouwkundig bureau als subdeskundige benaderd voor kostencalculatie. De rechtbank oordeelt dat de bouw van een parkeergarage een vrijwillige keuze van VDL is geweest en dat vanwege die keuze er geen behoefte meer was de verloren gegane parkeerplaatsen te reconstrueren.
Daarnaast korting deskundigenkosten artikel 50 Onteigeningswet:
- advocaat te veel uren en beroep tegen Tracébesluit komt in onteigening niet voor vergoeding in aanmerking
- twee taxateurs is er één te veel.
Noot: René van Hoogmoed was in deze zaak rechtbankdeskundige en zag in hetgeen bij pleidooi aan de orde is geweest niet een indicatie voor het oordeel van de rechtbank dat parkeergarage “los van de onteigening gezien moet worden”.