NMR: Nu eens geslaagd beroep op gelijkheidsbeginsel

In de onderhavige zaak gemotiveerd gerekend met 3% NMR. In een andere zaak, die ook bij de Afdeling is geweest, rekenede het college met 2% NMR.

ABRS: In de andere zaak, die betrekking heeft op schade als gevolg van hetzelfde bestemmingsplan, heeft het college zich niet op het standpunt gesteld dat de omvang van het normale maatschappelijke risico boven het wettelijk forfait, bedoeld in artikel 6.2, tweede lid, aanhef en onder b, van de Wro, uitstijgt.

Niet in geschil is dat de onder 13.1 bedoelde criteria in het geval van [appellant] niet leiden tot toepassing van een hogere drempel wegens het normale maatschappelijke risico dan in de andere zaak. Het college heeft geen rechtvaardiging gegeven voor het gemaakte onderscheid en het daaruit voortvloeiende verschil in behandeling. Dat betekent derhalve dat het college in strijd met het gelijkheidsbeginsel heeft gehandeld door in het geval van [appellant] een hogere aftrek dan het wettelijk forfait te hanteren.

ABRS 07-03/18 inzake Castricum (ECLI:NL:RVS:2018:778).

Noot: zo gelijk als in deze uitspraak is het niet vaak bij een beroep op het gelijkheidsbeginsel.  Eveneens een geslaagd beroep op het gelijkheidsbeginsel: ABRS 05-06/13 inzake Zundert (ECLI:NL:RVS:2013:CA2026). BR 2013 bl. 622, met noot.