Niet-eensluidend advies schade zoutwinning

De commissie is niet tot een eensluidend oordeel kunnen komen betreffende de oorzaak van de schade

Rechtbank: Voor zover Nedmag ( de zoutwinner) zou willen betogen dat zij in het geheel niet aan de inhoud van het rapport kan worden gehouden omdat de adviseurs niet tot een eensluidende conclusie zijn gekomen verwerpt de rechtbank die visie. Het protocol is opgesteld met als uitgangspunt dat de adviescommissie een advies uitbrengt waaraan Nedmag in beginsel is gebonden. Nedmag heeft immers zelf toegelicht dat het protocol een eenzijdige verplichting betreft die zij destijds op zich heeft genomen, omdat de toen geldende Mijnbouwwet te weinig bescherming bood aan huiseigenaren die schade aan hun woning constateerden. Die bescherming zou een wassen neus zijn ingeval Nedmag alleen aan het rapport zou kunnen worden gebonden als de leden van de commissie allen tot een eensluidende conclusie zijn gekomen. Dat geldt daar de adviescommissie pas in beeld komt nadat Nedmag op basis van een advies van haar eigen deskundige (onderstreping HS) een vordering heeft afgewezen en Nedmag in deze zaak (een vertegenwoordiger van) diezelfde deskundige (ondersterping HS) , het Bureau voor bouwpathologie BB, in de commissie heeft benoemd welk bureau al had geconcludeerd dat zij niet aansprakelijk is voor de gestelde schade. Het betreffende commissielid stelt in het rapport van de commissie van adviseurs ook met zoveel woorden: “Naar mijn mening stond en staat vast dat de zoutwinning in directe zin de schade in/aan de woning Van [eisers] niet kan hebben veroorzaakt”.

Het rapport van de commissie bevat wel de opinies van de beide partij-deskundigen en één van een door (de deskundigen van) die partijen benoemde onafhankelijke deskundige. Nu de beide partij-deskundigen het oneens zijn, is de rechtbank van oordeel dat doorslaggevende betekenis moet worden toegekend aan de bevindingen en conclusies van de deskundige R. Verges (Verges Support), aangezien hij onder verantwoordelijkheid van beide partijen is aangesteld, onafhankelijk is en diens deskundigheid en zorgvuldigheid tussen partijen niet in geding is.

Rechtbank Noord-Nederland 05-10/22 (ECLI:NL:RBNNE:2022:3627)

Noot: deze samenstelling van een commissie, bestaande uit twee “partij-deskundigen” die in de voorfase al geen consensus konden bereiken, is vragen om moeilijkheden.