Verweerder heeft in beroep verwezen naar het advies van de adviescommissie waaruit blijkt dat sinds 2011 de plannen voor de ontwikkeling van het [locatie 4] en de bodemsanering bekend én toegankelijk voor publiek waren. Er is een website over de ontwikkeling van het [locatie 4] en de bodemsanering, welke ook periodiek wordt bijgehouden. Ook worden er nieuwsbrieven gepubliceerd op internet. De benodigde sanering van het [locatie 4] blijkt ook uit het bestemmingsplan [locatie 2] , vastgesteld op 27 november 2013 en gepubliceerd in Staatscourant op 8 januari 2014. Gelet op al deze omstandigheden had eiser bekend kunnen zijn met de plannen van bodemsanering. Op grond van de openbare informatie was ook in grote lijnen bekend wat de duur en omvang van de werkzaamheden zouden zijn, aldus verweerder.
De rechtbank is met het oog op de door verweerder genoemde openbare informatie van oordeel dat eiser ten tijde van het sluiten van de huurovereenkomst voor de fitnessstudio in september 2014 bekend had kunnen zijn en hij had kunnen begrijpen dat het gebied rondom de fitnessstudio nog gesaneerd moest worden.
Rechtbank Amsterdam 02-08/18 inzake Amsterdam (ECLI:NL:RBAMS:2018:5704), gepubliceerd 08-10/18
Noot: op zicht niets nieuws onder zon. Wat wel opvalt is dat de Rechtbank voor de voorzienbaarheid – naast het bestemmingsplan – verwijst naar een website over de ontwikkeling (bodemsanering). Dat lijkt geen “concreet, openbaar beleidsvoornemen”, zoals dat vereist is voor de voorzienbaarheid bij planschade. Zie onder meer ABRS 15-02/17 inzake Castricum (ECLI:NL:RVS:2017:387).