Nadeelcompensatie TB Schiphol-Amsterdam-Almere

Adviescommissie RWS

Op grond van deze twee planologische vergelijkingen en het taxatierapport van Beudeker komt Te Rijdt tot de conclusie dat [appellant] geen planologisch nadeel lijdt ten gevolge van de tracébesluiten. Daarbij is onder meer van belang dat de verbreding van de A1 en verhoging van de spoorbrug niet heeft geleid tot een toename van de geluidsbelasting of verslechtering van de luchtkwaliteit op het perceel van [appellant].

Nadeelcompensatie voor tijdelijke schade door de uitvoering van de werkzaamheden aan de A1 en de spoorbrug: Te Rijdt heeft het voorts redelijk geacht dat van de tijdelijke schade een bedrag van € 14.400,00 voor rekening van [appellant] blijft. Hij heeft geadviseerd aan [appellant] een bedrag van € 15.900,00 toe te kennen als nadeelcompensatie voor tijdelijke schade. Dit bedrag is nadien verhoogd tot een bedrag van € 26.600,00

ABRS:
Contrataxaties zijn ongeschikt: geen planmaximalisatie en onjuiste peildata.

Geen planologisch nadeel, dus aspect NMR komt niet aan de orde.
Tegen NC is geen beroep ingesteld.

ABRS 24-02/21 inzake minister Infrastructuur en Waterstaat (ECLI:NL:RVS:2021:377)

Noot: Hoogstate constateert dat contrataxaties wel vaker van verkeerde uitgangspunten uitgaan: jammer van de kosten.