Vergoeding pachtersinvesteringen bij einde pacht.
De overeenkomst bevat een leemte. Uitleg en aanvulling van de overeenkomst
De overeenkomst dient daarom te worden uitgelegd, en zo nodig, aan de hand van de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid te worden aangevuld. Een overeenkomst heeft namelijk niet alleen de door partijen overeengekomen rechtsgevolgen, maar ook die welke, naar de aard van de overeenkomst, uit de wet, de gewoonte of de redelijkheid en billijkheid voortvloeien. Bij de uitleg van de overeenkomst stelt de rechtbank voorop dat zij uit de tekst ervan afleidt dat partijen hebben bedoeld om aan te sluiten bij de pachtersvergoeding van artikel 7:350 BW.
Rechtbank Gelderland 07-05/25 (ECLI:NL:RBGEL:2025:3513)
Daarom worden de volgende vragen aan de deskundige voorgelegd:
- Kunt u vaststellen met welk bedrag de waarde van het gepachte tussen 1 januari 2003 en 1 oktober 2023 is verhoogd door aangebrachte veranderingen en toevoegingen die een verbetering zijn?
- Welke naar billijkheid te bepalen vergoeding in de zin van artikel 7:350 BW diende de verpachter bij het einde van de pacht op 1 oktober 2023 aan [eiser in conventie] te betalen voor de door [eiser in conventie] en/of [gedaagden in conventie] aan het gepachte aangebrachte veranderingen en toevoegingen die een verbetering zijn?
- Zijn er nog andere punten die u naar voren wilt brengen waarvan de rechter volgens u kennis moet nemen bij de verdere beoordeling.
Vervolg Rechtbank Gelderland 05-11/25 (ECLI:NL:RBGEL:2025:9737)
Noot: rechtbank heeft in de eerstgenoemde uitspraak al overwogen dat hier art. 7:350 lid 3 BW toepassing mist. Dit lid bepaalt dat pachter slechts recht heeft op vergoeding als hij tijdig aan verpachter opgave van geschatte kosten investering heeft gedaan en als verpachter zich daartegen “niet verzet heeft”.
Noot 2: de vergoeding van de pachtersinvestering kent twee “plafonds”. (1) De vergoeding kan nooit hoger zijn dan de oorspronkelijke investering en (2) de vergoeding kan nooit hoger zijn dan de waarde van de verbetering aan het gepachte. Sjoerd van Hoogmoed schrijft hierover uitgebreid in SDU Commentaar.