Niet in geschil is dat het onder het oude planologische regime was toegestaan in het plangebied sleufsilo’s voor de opslag van gras te realiseren. In de planvoorschriften is slechts een beperking aan de hoogte van die sleufsilo’s gesteld en geen beperking aan het aantal of de oppervlakte ervan. Uit de planvoorschriften valt niet af te leiden dat, zoals [appellant] betoogt, die sleufsilo’s slechts voor de opslag van gras afkomstig uit het plangebied mogen worden gebruikt, maar niet voor de opslag van gras van andere percelen
ABRS 03-08/16 inzake Súdwest-Fryslân (ECLI:NL:RVS:2016:2130).
Noot: het is een bekend verschijnsel dat aanvragers de vergaande maximalisering van het bestemmingsplan niet begrijpen.
Zie ook ABRS 23-03/16 inzake De Fryske Marren (ECLI:NL:RVS:2016:781) met verwerping van het “gebruikelijke” verweer dat op afstand van de boerderij gebouwen oprichting van sleufsilo’s of mestsilo’s met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid kon worden uitgesloten