Met het argument dat de gemeente dit kort geding gebruikt als drukmiddel, lijkt [gedaagde] zich te beroepen op misbruik van procesrecht. Daarvan is slechts in uitzonderingsgevallen sprake. De kantonrechter oordeelt dat daarvan in dit geval geen sprake is. Hoewel het gevolg van een ontbinding van de huurovereenkomst kan zijn dat de gemeente geen schadeloosstelling (lees: bij onteigening) (meer) aan [gedaagde] zou hoeven betalen, betekent dit niet dat [gedaagde] niet de consequentie hoeft te dragen van de forse huurachterstand die hij heeft laten ontstaan, naast de omstandigheid dat hij het gehuurde langere tijd gesloten heeft gehouden. Hoewel de gemeente (veel) eerder actie had kunnen ondernemen en de timing van dit kort geding wellicht wat ongelukkig is, ziet de kantonrechter hierin geen aanleiding om de ontruimingsvordering van de gemeente af te wijzen.
Rechtbank Rotterdam 04-10/22 inzake gemeente Rotterdam (ECLI:NL:RBROT:2022:8403)