Geluidsscherm beperkt zicht op reclamemast: nadeelcompensatie?

Uptown Advertising stelt schade te hebben geleden als gevolg van een geluidscherm dat na aanleg van een spitsstrook is geplaatst tussen de reclamemast en de A7. Het geluidscherm met een lengte van 800 meter en een hoogte van 3 meter belemmert het zicht op de reclamemast.

In artikel 2, eerste lid, van de Beleidsregel nadeelcompensatie Infrastructuur en Milieu 2014 (hierna: de beleidsregel) is bepaald dat de minister degene die schade lijdt of zal lijden als gevolg van de rechtmatige uitoefening door of namens de minister van een aan het publiekrecht ontleende bevoegdheid of taak, op verzoek een vergoeding toekent, voor zover de schade redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en voor zover de vergoeding niet of niet voldoende anderszins is verzekerd.

Uit de overeenkomst tussen de gemeente Zaanstad en Rijkswaterstaat blijkt dat het Rijk het geluidscherm plaatst, eigenaar wordt van het geluidscherm en zorg draagt voor beheer en onderhoud hiervan. Niet in geschil is dat de minister het geluidscherm voor het grootste deel heeft gefinancierd. Onder deze omstandigheden dienen deze handelingen te worden begrepen als handelen op grond van een publiekrechtelijke taak. De minister heeft in zoverre aan de afwijzing van het verzoek niet ten grondslag mogen leggen dat de schade niet het gevolg is van de uitoefening door hem van een publiekrechtelijke taak of bevoegdheid.

ABRS 16-11/16 inzake Minister I en M – A7 (ECLI:NL:RVS:2016:3047).

Noot: De rechtbank had overwogen dat de minister zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat de gestelde schade niet of niet rechtstreeks het gevolg is van het wegaanpassingsbesluit. Daar denkt de Afdeling anders over, dus moet er alsnog een inhoudelijke beoordeling door  de Minister plaatsvinden.