Geen passieve risicoaanvaarding

[appellant sub 1] heeft gesteld dat het bijgebouw op het perceel zonder bouwkundige aanpassingen voor woondoeleinden kan worden gebruikt en onder het oude planologische regime ook een periode als woning is gebruikt. Het college heeft dit niet gemotiveerd bestreden. Nu het bijgebouw onder het oude planologische regime geschikt was voor gebruik als woning en een periode in gebruik was als woning, valt gebruik van het bijgebouw als woning onder het nieuwe bestemmingsplan niet aan te merken als een vermeerdering van het aantal woningen op het perceel. Gebruik van het bijgebouw als één ongesplitste woning is ingevolge het bestemmingsplan “Princenhage-Haagpoort” toegestaan. Het voorgaande betekent dat het college zich ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat [appellant sub 1] het risico van een planologische wijziging voor het bijgebouw passief heeft aanvaard.

ABRS 16-05/18 inzake Breda (ECLI:NL:RVS:2018:1621).