Vonnis rechtbank Noord-Holland inzake Haarlemmermeer/Kennemerland 24-07/24 inzake Haarlemmermeer/Kennemerland (ECLI:NL:RBNHO:2024:7384). Geen eliminatie van de sportbestemming waarvoor onteigend wordt (en dus taxatie op basis van die sportbestemming, en deels op een natuurbestemming) en geen verwachtingswaarde. Zie deze link voor onze publicatie van dit vonnis.
Conclusie A-G 27-06/25 inzake Haarlemmermeer/Kennemerland (ECLI:NL:PHR:2025:731) bevestigt deze aanpak in navolging van de rechtbank en de rechtbankdeskundigen, waaronder René van Hoogmoed.
Noot: eliminatie is uitzondering op de hoofdregel dat juist wel acht geslagen wordt op het vigerende bestemmingsplan, op basis waarvan onteigend wordt. Eisen voor eliminatie: concreet plan voorafgaande aan bestemmingsplan + overheidswerk. Nu er geen sprake is van concreet plan, is de tweede (cumulatieve) eis van overheidswerk niet meer van belang. Overigens concludeerden rechtbankdeskundigen uiteindelijk wel tot overheidswerk, ook al betoogde gemeente dat de sportclubs de clubgebouwen zouden stichten.
Verwachtingswaarde 1: Bij eliminatie zou er sprake (kunnen) zijn geweest van gronden met agrarische bestemmingsplan met de verwachtingswaarde van een lucratieve bestemming.
Verwachtingswaarde 2: Overigens betoogde de onteigende dat ook met inachtneming van de bestemming sport (bijvoorbeeld na bestemmingswijziging in woondoeleinden) sprake zou kunnen zijn van een lucratievere aanwending met op basis daarvan een verwachtingswaarde. Zo’n verwachting is hier niet aan de orde, anders dan volgens A-G mogelijk in de casus provincie Groningen/W HR 21-10/22 (ECLI:NL:PHR:2022:542 rov 3.8 e.v).