Planschade: afgenomen gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden op agrarische bestemming leiden tot schade(vergoeding)
Advies StAB/Aelmans aan rechtbank: de waarde van de percelen onder het oude bestemmingsplan is gewaardeerd op € 400.000,-, en de waarde onder het nieuwe bestemmingsplan op € 222.000,-. Dit betekent dat de omvang van de geleden planschade € 178.000,- bedraagt. Volgens taxateur Aelmans is door de planologische wijziging voor het gehele bouwblok een waardeverschil ontstaan van ongeveer € 15 per m2. Uit de taxatie blijkt hoe de STAB tot de conclusie is gekomen dat het gehele bouwblok niet langer een waarde heeft van € 30,- per m2, maar van € 15,- per m2. Correctie hier op vanwege sloopkosten
Echter de rechtbank volgt dit advies van StAB/Aelmans niet en denkt dat de schade “meevalt”.
ABRS: zoals de Afdeling eveneens eerder heeft overwogen, kan de bestuursrechter een taxatie slechts terughoudend toetsen. Daarbij is van belang dat de waardering van onroerende zaken niet alleen door het toepassen van een taxatiemethode plaatsvindt, maar dat daarbij ook de kennis, ervaring en intuïtie van de desbetreffende deskundige een rol speelt.Zie de overzichtsuitspraak over planschade van de Afdeling van 28 september 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2582, r.o. 8.11-8.12.
ABRS: De in de uitspraak genoemde omstandigheden in ogenschouw genomen is het oordeel van de rechtbank dat de STAB onvoldoende heeft onderbouwd waarom de locatie niet in trek zou zijn als nevenlocatie voor een andere intensieve veehouderij, en dat de STAB in dat kader slechts, en zonder verdere onderbouwing, heeft aangegeven dat er een groot aanbod is van dergelijke locaties, onbegrijpelijk.
De rechtbank heeft in de einduitspraak het normaal maatschappelijk risico (hier: directe schade) vastgesteld op 2%. Tegen dit oordeel is in hoger beroep niet opgekomen, zodat dit in rechte vaststaat.
ABRS 13-07/22 inzake Reusel-de Mierden (ECLI:NL:RVS:2022:1975)
Noot: de rechtbank toetste de goed onderbouwde taxatie niet terughoudend, maar zette daar niet gemotiveerde argumenten tegenover. Dat acht de Afdeling onbegrijpelijk.