Gelet op het aanbod van de Provincie en het advies van de deskundigen, zal de rechtbank bepalen dat de Provincie gehouden is om een eventuele (naheffings)aanslag btw (met aftrek van de in het kader van bijkomende schade al betaalde btw) op verzoek van [gedaagde 1] c.s. te vergoeden, indien de fiscus onherroepelijk constateert dat de onteigening kwalificeert als een btw belaste levering. Daarbij geldt voor [gedaagde 1] c.s. de verplichting de Provincie per omgaande van een (naheffings)aanslag op de hoogte te stellen, zodat bezien kan worden of hiertegen bezwaar moet worden gemaakt. Omdat het instellen van een rechtsmiddel tegen de (naheffings)aanslag de verplichting tot betaling niet opschort, gaat de rechtbank er daarbij vanuit dat de Provincie in voorkomend geval het bedrag van de (naheffings)aanslag aan [gedaagde 1] zal voorschieten.
Rechtbank Noord-Holland 18-05/22 inzake provincie Noord-Holland (ECLI:NL:RBNHO:2022:4338)
Noot: Voor BTW problematiek zie verder onze website. Onder meer wegaanleg kwalificeert als bouwterrein Vonnis rechtbank Gelderland 19-05/21 inzake ProRail (ECLI:NL:RBGEL:2021:2634). In gerechtelijke onteigeningen zien wij steeds vaker een bijkomend aanbod, in die zin dat de overheid de BTW alsnog vergoedt als de belastingdienst overgaat tot BTW-heffing.