Planschade inpassingsplan hoogspanningsverbinding + planvergelijking uit te werken bestemming

De rechtbank volgt Tennet niet in het betoog dat planschade alleen via de weg van de Belemmeringenwet Privaatrecht kan worden gevorderd indien een gedoogverplichting is opgelegd.

Eiseres 1 is Tennet op basis planschadeverhaalsovereenkomst. Eiseres 2 is aanvrager en verweerder is minister economische zaken en klimaat.

Eiseres 1 betoogt dat verweerder ten onrechte een tegemoetkoming in planschade heeft toegekend. Volgens eiseres 1 volgt uit het arrest van de Hoge Raad van 21 juni 2019 (ECLI:NL:HR:2019:996) dat een rechthebbende aan wie een gedoogverplichting is opgelegd de planschade alleen kan vorderen via de route van artikel 14 van de BP. De planschaderoute is volgens eiseres 1 afgesloten, omdat de schade anderszins is verzekerd door de rechtsgang van artikel 14 van de BP. Dat betekent dat de aanvraag om een tegemoetkoming in planschade voor het perceel waarvoor een gedoogverplichting geldt, door verweerder had moeten worden afgewezen.

Anders dan eiseres 1 betoogt, is de rechtbank van oordeel dat uit het arrest van de Hoge Raad niet volgt dat planschade alleen via de weg van de BP kan worden gevorderd indien een gedoogverplichting is opgelegd. De Hoge Raad overweegt dat planschade in dat geval niet uitsluitend via de Wro, maar ook via de BP kan worden gevorderd. Daaruit valt niet af te leiden dat de planschaderoute in een dergelijk geval in het geheel is afgesloten. Dat de planschade via de BP kan worden gevorderd, maakt naar het oordeel van de rechtbank ook niet dat de tegemoetkoming voldoende anderszins is verzekerd, zoals bedoeld in artikel 6.1 van de Wro. De tegemoetkoming in de planschade is anderszins verzekerd als met voldoende zekerheid valt te zeggen dat deze schade op een andere manier zal worden vergoed. De rechtbank overweegt dat dit voor de gevorderde schade van eiseres 2 niet het geval is, nu eiseres 2 geen procedure op grond van de BP heeft ingesteld.

Planvergelijking: oorspronkelijk agrarische bestemming, daarna Bedrijven-uit te werken, maar uitwerkingsplan vernietigd door ABRS en met als nieuw planologisch regime het inpassingsplan hoogspanningsverbinding.  Is oude bestemming nu de agrarisch bestemming of uit te werken bestemming Bedrijven?

De rechtbank is van oordeel dat een (theoretische) waardestijging als gevolg van de wijziging van een planologisch regime, op dezelfde manier moet worden behandeld als een (theoretische) waardedaling van een perceel. Dat betekent dat de gestelde waardestijging van de percelen van eiseres 2 als gevolg van planologisch kader 2 slechts theoretisch was, zolang geen uitwerkingsplan of andere planologische maatregel was vastgesteld en in werking was getreden. Eerst op het moment waarop planologisch kader 3 in werking trad, was niet langer sprake van een theoretische waardeverandering van de percelen. Als op dat moment was vastgesteld dat de percelen van eiseres 2 minder waard waren geworden dan ten tijde van planologisch kader 2, dan was de eerder ondergane theoretische waardestijging (deels) teniet gedaan. Vermindering van theoretische waardestijging levert echter geen planschade op. Pas als kan worden vastgesteld dat de percelen als gevolg van planologisch kader 3 minder waard zijn geworden dan ten tijde van planologisch kader 1 doet zich daadwerkelijke planschade voor. Daarmee is verweerder er ten onrechte aan voorbijgegaan dat de waardestijging van de percelen als gevolg van de uit te werken bedrijfsbestemming uit het bestemmingsplan “Harnaschpolder Weteringzone” slechts theoretisch van aard was, nu nooit een uitwerkingsplan in werking is getreden waarmee het bouwverbod werd opgeheven en daadwerkelijk ruimere bouw- en gebruiksmogelijkheden aan de gronden zijn toegekend. Verweerder had in dit geval een vergelijking moeten maken tussen het planologisch regime dat gold ten tijde van de verwerving van de grond.

Rechtbank Den Haag 22-12/20 (rijks)Inpassingsplan Zuidring Wateringen – Zoetermeer (380 kV leiding) (ECLI:NL:RBDHA:2020:14080)

Noot: de rechtbank beschouwt uitvoering de rechtspraak van de Raad van State inzake uit te werken bestemming. Zeer lezenswaardig overzicht van de rechtspraak ABRS.