Nu het Coronavirus het maatschappelijk leven nagenoeg stillegt, is het een goed moment om de invloed van oude(re) arresten op de hedendaagse onteigeningspraktijk te “behandelen”. Wij zijn voornemens om dat ook de komende weken te doen.
Helmond/Van de Biggelaar: omvang vrijkomend kapitaal na contractuele afrekening..
HR 17-11-1965 NJ 1966, 226
Meerwaardeclausule, die de onteigende verplicht een deel van de waarde boven zijn eigen verwervingsprijs met anderen te delen. HR: aldus komt minder kapitaal vrij ten behoeve van herinvestering (respectievelijk eventuele rente over vrijkomend kapitaal).
Praktijk: een niet ongebruikelijke aanpak is dat ongehuwde kinderen in de ouderlijke woning blijven wonen zonder de andere kinderen uit te kopen, waarbij zij verplicht zijn om bij verkoop (veelal dus ook bij onteigening) alsnog het hun toekomende deel aan die andere kinderen uit te keren.
Dit was eveneens aan de orde bij onteigening van een kavel grond, behorende tot ontbonden maatschap, waarbij de uitgetreden maat recht had op deel verkoopopbrengst. René van Hoogmoed was daar één van de rechtbankdeskundigen, die geadviseerd hebben overeenkomstig het arrest Helmond/Van de Biggelaar. De discussie of onteigening gelijk te stellen is met verkoop, is vervolgens beslist door Rechtbank 05-09-2018 ECLI:NL:RBROT:2018:7678: verrekenbeding is ook van toepassing bij onteigening.