Schending van artikel 17 Onteigeningswet?

Nee. Partijen hebben uiteenlopende standpunten over de te betalen schadeloosstelling, maar dat maakt niet dat de gemeente niet zou kunnen of mogen vasthouden aan haar finale bod. Zeker niet, nu dit bod met taxatierapporten is onderbouwd en niet gezegd kan worden dat het bod op het eerste gezicht onredelijk is.

Rechtbank Limburg 10-07/19 inzake gemeente Gennep (ECLI:NL:RBLIM:2019:9342).

Noot: zie conclusie A-G 23-05/14 (ECLI:NL:PHR:2014:491)

De onteigenende partij mag bij de onderhandelingen niet te werk gaan “als ware het voorschrift van art. 17 Ow een vrijwel te verwaarlozen formaliteit”. Positief geformuleerd: de onteigenende partij dient een serieuze poging tot minnelijke verwerving te hebben ondernomen. Dat brengt mee dat de onteigeningsrechter in het kader van het verweer dat art. 17 Ow zou zijn geschonden niet behoeft te onderzoeken wat de waarde van het te onteigenen is. Na een vonnis van vervroegde onteigening wordt in het vervolg van de procedure over de waarde het onteigende geprocedeerd. Opmerking verdient verder dat de beantwoording van de vraag of serieus is onderhandeld bij uitstek ligt op het terrein van de feitenrechter, zodat de beantwoording daarvan in cassatie slechts op begrijpelijkheid kan getoetst.