Het hof heeft in het tussenarrest van 1 april 2014 vastgesteld dat de gemetselde balies zaken zijn die niet van de hoofdzaak kunnen worden afgescheiden zonder dat beschadiging van betekenis wordt toegebracht, waarmee deze balies bestanddeel van het gehuurde en daarmee onroerend zijn. Het hof heeft in rov. 4.6 van dat arrest geoordeeld dat VDN in elk geval wat de levering van die balies betreft toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verbintenis.
De nu nog te beantwoorden vraag is of de overige vier zaken, en wel het (, bestanddeel van de gehuurde garage zijn geworden. indien zich nog één of meer van deze vier zaken zich aldaar bevinden, zijn deze zaken dan volgens de verkeersopvattingen in de garagebranche bestanddeel geworden van dat pand, waarbij heeft te gelden dat de zaak in elk geval bestanddeel is als de zaak zodanig met de garage is verbonden dat zij daarvan niet kan worden afgescheiden zonder dat beschadiging van betekenis wordt toegebracht. U dient het antwoord zo uitvoerig mogelijk te motiveren (en bijvoorbeeld zo nauwkeurig mogelijk te vermelden waaruit eventuele schade bij verwijdering van een zaak bestaat en hoeveel herstel van die schade zou kosten)
Deskundigenonderzoek:
- kunt u indien één of meer van de vier genoemde zaken zich niet meer op het adres [perceel] te [vestigingsplaats] bevinden, aan de hand van de informatie in het dossier, onder andere de overgelegde foto’s, vraag b beantwoorden?
- kunt u ongeacht uw antwoord op de voorgaande vragen bij benadering de waarde vermelden die elke zaak (het hekwerk, de autowasinstallatie, de lichtreclame en de remmentester) had begin januari 2006 en vervolgens in december 2010/januari 2011? Kunt u als een of meer van de genoemde vier zaken zich niet meer ter plekke bevinden, deze vraag beantwoorden aan de hand van de stukken die zich in het dossier bevinden?
- heeft u verder nog opmerkingen die relevant kunnen zijn voor de onderhavige zaak?
Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 21-03/17 inzake autocentrum (ECLI:NL:GHSHE:2017:1085).