Nieuwe lijn Afdeling: uit te werken bestemming oude plan wel in planvergelijking

Nieuwe lijn Afdeling: uit te werken bestemming ex bestemmingsplan oud wel betrekken in planmaximalisatie, ondanks art. 6.1 lid 2 sub b Wro

Oude rechtspraak 07-11/12 inzake Rhenen (LJN: BY2475): voor bestemmingsplan oud bij  maximale invulling niet uitgaan van de bestemming ‘uit te werken woongebied’ van de gronden onder het oude planologische regime.

Nieuwe lijn ABRS 17-04/12 inzake Ridderkerk (LJN: BZ7707):

Als gevolg van de uitwerkingsplicht, bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wro, is het vaststellen van een uitwerkingsplan niet slechts een toekomstige onzekere gebeurtenis. Hoewel de uitwerkingsplicht bij een letterlijke lezing van artikel 6.1, tweede lid, aanhef en onder a, van de Wro niet kan worden beschouwd als oorzaak van schade in de zin van die bepaling, laat dat onverlet dat sinds de inwerkingtreding van het bestemmingsplan aannemelijk is dat de uit te werken bestemming vroeg of laat zal worden uitgewerkt. Naar het oordeel van de Afdeling brengt dit met zich dat de mogelijkheden van de uit te werken bestemming bij de planvergelijking niet buiten beschouwing mogen worden gelaten.
Met die mogelijkheden dient aldus rekening te worden gehouden dat nagegaan dient te worden wat ten tijde van de inwerkingtreding van het betrokken besluit (lees: vrijstelling artikel 19 lid 2 WRO) naar redelijke verwachting de invulling van de uit te werken bestemming van de gronden zou zijn. In dat verband komt onder meer betekenis toe aan de uitwerkingsregels, aan de toelichting bij het bestemmingsplan en aan de mate waarin een en ander, naar aard en omvang, binnen de ruimtelijke kenmerken van de omgeving en het geldende planologische beleid past.

Noot: zie ook noot Van Heijst BR 2012 blad 748, die de opvatting van de Afdeling (aldaar om binnenplanse ontheffing buiten beschouwing te laten) in strijd achtte met de bedoeling van de wetgever om minder planschade te vergoeden.

De maatstaf die de Afdeling hier geeft, is vaag en de praktijk zal leren hoe daar mee om te gaan. Evident is dat door deze uitspraak minder zaken voor tegemoetkoming in planschade in aanmerking komen.