Indeplaatsstelling en ontbinding pachtovereenkomst

Pachter exploiteert al vanaf 2000 geen landbouwbedrijf meer. Verpachter gedoogt voortzetting pacht. Net voor einde gedoogtermijn vordert pachter indeplaatsstelling van zijn dochter en schoonzoon, die op enige afstand een melkveebedrijf exploiteren. Vordering ontbinding van de verpachter wordt toegewezen en de indeplaatsstelling afgewezen.

Pachter schiet na einde gedogen tekort in de nakoming, geen opvolging in het bedrijf van de pachter zoals verondersteld bij indeplaatsstelling, maar slechts behoefte aan uitbreiding van het eigen melkveebedrijf van dochter en schoonzoon.

Pachthof 20-09/16 (ECLI:NL:GHARL:2016:7554).