De rechtbank heeft het volgende geconstateerd. De exacte inhoud van de woning kan niet worden vastgesteld op basis van hetgeen partijen hebben aangevoerd. Belanghebbende heeft ter zitting een door de gemeente in een eerdere WOZ-procedure ingebrachte inhoudsberekening, op verzoek van de rechtbank, aan de taxateur getoond, die vervolgens, met zichtbare tegenzin, onderuit hangend in zijn stoel, amper een blik wierp op de hem voorgehouden stukken. Verder staat vast dat er geen inpandige opname van de woning heeft plaatsgehad; voor de oorzaak hiervan wijzen partijen naar elkaar. Ook staat vast dat belanghebbende de taxateur op een zaterdag heeft gebeld, maar de lezingen over de inhoud van dat gesprek lopen sterk uiteen. De mailberichten van belanghebbende waarin bijvoorbeeld de handelwijze van Sabewa wordt getypeerd als een ‘grote Ko Klodder uitvoering’ en waarin wordt aangegeven dat bij de hoofdofficier van justitie tegen de met naam genoemde personen aangifte zal worden gedaan wegens het aanzetten tot danwel plegen van fraude, misbruik van omstandigheden en minachting en ondermijning van vertrouwen in de overheid, dragen nu ook niet bepaald bij aan een constructieve geschilbeslechting.
Dit een en ander wekt de schijn van een diepgeworteld conflict tussen (met name) de taxateur en de heffingsambtenaar enerzijds en belanghebbende anderzijds. De rechtbank stelt voorop dat rechters de tijd en energie beter kunnen besteden dan te verspillen aan onvolwassen gedrag van procespartijen.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant 07-06/16 inzake WOZ Zeeland (ECLI:NL:RBZWB:2016:3528).
Noot: duidelijker kan het niet !!!